Zoals ik al zei probeer ik wat achterstand in te lopen en vandaar al snel weer een nieuwe aflevering.
Afgelopen week kreeg ik een mailtje van een molenaar over hetgeen ik in m'n vorige weblog geschreven heb over het stroppen van gescheurde bovenassen. Bij deze een citaat uit die mail:
Wat het stroppen van de as betreft was het voorbeeld dat ik je stuurde niet de 'gebruikelijke' manier van stroppen, zoals je zegt. De gebruikelijke manier is nog steeds, voor ijzeren assen met scheuren ofzo, zoals voor de houten as is afgebeeld; dit (een van de molens van Gorcum) geval was uitzonderlijk. Het was gedaan ter gelegenheid van het aanbrengen van Bussel stroomlijnneuzen, ergens in de oorlog; hij was dus niet gescheurd, maar omdat gevreesd werd voor grotere krachten bij die stroomlijning werden uit voorzorg deze rare stroppen aangebracht. (molenaar) wil zeker niet gezegd hebben dat de getoonde stroppen voor die as 'gebruikelijk' zouden zijn. Mogelijk is het wel nergens anders zo gedaan.
Overigens is deze molen nog sinds de oorlog in min of meer gebruik geweest en die as heeft het dus gehouden, maar ik denk niet omdat die rare stroppen er zaten.
Hieronder de nogmaals foto's waar het om gaat:
Dan is dat bij deze rechtgezet.
Kort daarna kreeg ik een mailtje van een andere molenaar. Hij had m'n stukje gelezen over het vervangen van zeilen. Van hem kreeg ik een instructie waarin beschreven staat hoe je het makkelijkst en veilig zeilen kunt vervangen.
Dank aan beide molenaars voor hun reactie.
Op de avond van die 29e januari zou een gezelschap van een oldtimer (auto's) vereniging een etentje hebben in het winkeltje van Molen de Valk. Na het etentje zou er dan een rondleiding plaatsvinden in de molen, om 21:30.
Een paar weken daarvoor had de voorzitter van de stichting een mailtje rond gestuurd met de vraag of er molenaars waren die die avond een rondleiding konden verzorgen voor het gezelschap.
Het was op een zaterdagavond en dan hebben de meeste mensen wel wat te doen. Ik had die avond niks in m'n agenda staan dus ik wilde wel wat verzorgen.
Vlak voordat ik naar Montfoort reed belde molenaar Paul me op. Hij had de molen al op de wind gezet, ik hoefde 'm alleen maar op te zeilen.
De Valk bij nacht... (januari 2010)
Nog geen 5 minuten daarna belde molenaar Piet me. Hij dacht dat het wel eens nodig kon zijn om bij te springen want het ging om een club van meer dan 30 mensen. Als het nodig was dan mocht ik 'm bellen.
Aangekomen bij de molen was het gezelschap net klaar met het nagerecht. Ik stelde mezelf voor en vroeg wie er allemaal mee naar boven wilden. Op 2 na gingen alle vingers omhoog, 30 mensen, dat wordt nog een klus want de molen staat helemaal vol en je kunt maar met een mens of 6-7 tegelijk naar boven.
Toch Piet maar even gebeld.
Buiten het feit dat ik de hulp wel kan gebruiken weet Piet ook veel meer van de geschiedenis van de molen en weet hij ook meer leuke anecdotes te vertellen.
Toch Piet maar even gebeld.
Buiten het feit dat ik de hulp wel kan gebruiken weet Piet ook veel meer van de geschiedenis van de molen en weet hij ook meer leuke anecdotes te vertellen.
In afwachting van Piet zeilde ik de molen op. Ik had de buitenverlichting aangestoken zodat er ook wat te zien was. 's Middags stond er bijna geen wind maar nu stond er toch een stijve bries. Om het mezelf niet al te moeilijk te maken legde ik twee volle zeilen voor op de binnenroede.
De Valk met z'n kersttooi... (december 2009)
Het vroor behoorlijk en de stelling begon ook goed glad te worden. Zometeen oppassen met de bezoekers.
Toen de boel draaide liep ik naar beneden toen Piet net binnenkwam.
Piet sprak het gezelschap toe en begon wat te vertellen over de geschiedenis van de Valk. En over leuke anecdotes gesproken: ik heb er die avond weer één bij geleerd.
De Valk is bewoond geweest dus op elke zolder was een woonruimte, behalve in de kapzolder. De koningsspil zat er ook nog in maar was halverwege afgezaagd zodat er meer ruimte in de diverse kamers ontstond. In de kapzolder was alles nog compleet, boven-as, bovenwiel en een bovenbonkelaar. Ook het gevlucht was nog compleet.
De molen had jaren niet gedraaid maar er ontstonden plannen om de molen weer gangbaar te maken. De toenmalige bewoner wilde een kijken of de molen nog werkte en samen met een molenaar hebben ze geprobeerd de molen weer aan de gang te krijgen. Toen er een goede wind was heeft men de kapzolder gecontroleerd en daar bleek alles OK te zijn. Beneden lichtte men toen de vang en verrek! De molen begon te draaien! Dat draaien ging echter gepaard met een hoop gekraak en andere herrie! Zoals ik zei was de koningsspil halverwege afgezaagd om ruimte te sparen in wat kamers. Maar op de zolder onder de kapzolder stak de spil nog door. Daar zijn indertijd allemaal kasten tegenaan getimmerd om bergruimte te creëren. Doordat de koningsspil nu ging draaien draaiden al die kasten helemaal kapot! Foutje, bedankt...
Het is uiteindelijk allemaal weer goed gekomen want zoals jullie hebben kunnen lezen is de Valk weer volledig maalvaardig en wordt er door de vrijwilligers hard gewerkt om er een complete meelfabriek van te maken.
Terug naar de rondleiding. Piet en ik leidden twee groepen rond waar we een klein uurtje mee bezig waren.
Ik heb er toch weer een leuke anecdote aan over gehouden.
De week daarop kregen we een bloemetje thuisgestuurd. Het bankfiliaal wat een schenking van 10.000 euro had gedaan had beloofd om alle vrijwilligers via een bloemetje te bedanken voor hun inzet. Toch weer een leuke opsteker.
Donderdagavond 3 februari hebben we weer geklust bij de Valk. Bij de buil moesten nog wat kleine kinderziektes verholpen worden. Verder zijn Paul en Aart bezig geweest met het maken van meelpijpen. Door deze meelpijpen wordt van alles en nog wat getransporteerd: meel, bloem, zemelen, graan enz. Piet en ik zijn met de waaierij bezig geweest. De waaierij is eigenlijk Hein z'n zorgenkind.
Hein en Piet bezig met de schuddebak van de waaierij... (begin 2010)
Hij heeft dat ding voor het grootste gedeelte helemaal zelf uit elkaar gehaald, onderdelen gerepareerd en vervangen en daarna voor een groot gedeelte weer opgebouwd. Hein tobt de laatste tijd jammer genoeg met z'n gezondheid en daarom proberen we het zo mooi mogelijk af te maken.
Een waaierij heb je nodig als je graan pelt. En aangezien de Valk ook een pelmolen is...
Met de pelsteen sla je de pellen van bijv. spelt of boekweit af. Na het pellen moeten de pellen verwijderd worden. Ofwel: het kaf van het koren gescheiden worden (letterlijk). Dat doe je met een waaierij.
Het gepelde graan gooi je in een kaar (graanbak). Vanuit de kaar valt het graan door een lange smalle spleet. Achter die smalle spleet draait een waaier, een soort ventilator.
De opengewerkte waaierij. De schoepen van de ventilator zijn duidelijk te zien...
Aangezien de pellen een stuk lichter zijn dan de graankorrels worden de pellen tussen de korrels uit geblazen en de korrels vallen in een opvangbak.
Voorheen gebeurde dat met een waaierij die met de hand aangedreven werd. Werkte goed maar was erg vermoeiend. En wie mocht er aan de slinger draaien? Juist, de leerling...
De waaierij die op dit moment opgeknapt wordt kan door een riem (dus door de molen) aangedreven worden.
De buil werkt nu dus het volgende project is de waaierij.
OP vrijdagavond 4 februari was er een cursusavond voor (leerling) molenaars. Deze avonden worden gehouden bij een aannemersbedrijf in Soest, zij stellen daarvoor een ruimte ter beschikking.
Het onderwerp van die avond was "Vierkante Molens" en dat zijn de standerd-, de wip- en de paltrokmolens. Ook weidemolentjes en spinnekoppen zijn vierkant maar die werden die avond niet behandeld.
De "les"werd gegeven door Maarten, de molenaar van de Westveense molen.
Deze avonden hebben ook een sociaal karakter en worden als zodanig ook "misbruikt" om wat bij te kletsen. Daardoor begon de avond ook ruim een kwartier te laat. Ik zat een beetje op hete kolen omdat ik om 22:30 nog plaatjes moest draaien op een feestje.
A.d.h. van foto's legde Maarten uit hoe de diverse molens waren opgebouwd. Heel wat benamingen van balken passeerden de revue. Voor leerlingen erg belangrijk want over de standerd en de wip schijn je bij examens behoorlijk "doorgezaagd" te worden omdat dit de Nederlandse "oer"windmolens zijn, daar is het allemaal mee begonnen.
Er ontstonden ook leuke discussies over het dragen van onder- en bovenzetel. Leuk en leerzaam.
Om 22:00 was de avond nog in volle gang maar ik moest helaas weg voor m'n feestje.
1/3 Van het gewicht van het bovenhuis rust op de onderzetel welke gedragen wordt door de 4 hoekstijlen. 2/3 Van het gewicht rust op de bovenzetel. De bovenzetel rust op de koker, welke weer op de schaarstijlen rust en de schaarstijlen rusten dan uiteindelijk op de draagbalk.
Doorsnede van een wipmolen. In het midden de verticale koker die (ook) rust op de kokerbalken...
Daarbij lijkt het alsof het het volledige gewicht van bovenhuis en koker op de horizontale draagbalk rust.Piet wist te vertellen dat ook de kokerbalken een zeer groot gedeelte van de koker (en dus het bovenhuis) dragen. De kokerbalken worden weer ondersteund door de ondermantelbalk en de ondermantelstijlen. De ondermantelstijlen staan dan weer op de muurplaat, een dikke rechthoekige balk die op de veldmuur ligt.
Een gedeelte van het "schaargebint"van een wipmolen. Onder op de voorgrond is het waterwiel te zien. Daarboven 2 x 2 balken die kruislings in elkaar gewerkt zijn, dit zijn de kokerbalken. Daar bovenop staat de koker (donkere houtskleur). In het vierkante gat wat de kokerbalken vormen zien we nog net de koningsspil en een heel klein stukje onderbonkelaar... (bron: Wikipedia)
V.w.b. de draagbalk, deze ligt op een muur dus die wordt nooit op buiging belast. Deze muur vormt één helft van de waterbak, dat is de ruimte waarin het waterwiel ronddraait. Het waterwiel zit op de water-as waar ook het scheprad op gemonteerd is.Sorry, weer even een technisch verhaaltje.
Zaterdag 12 februari
Ik ben wat later naar de Ster gegaan omdat ik 's morgens nog wat klussers op gang te helpen. Ik zat in de organisatie van een discofeest en daarvoor hadden we de zaterdag daarvoor wat geklust. We hebben met wat mensen een aanral lichtpanelen in elkaar geknutseld. Die klus was helaas niet afgekomen dus heb ik de klussers 's morgens wat op gang geholpen.
Het was 's morgens verschrikkelijk pisweer om het maar eens op z'n plat Hollands te zeggen. Gelukkig was het droog toen ik op m'n motor naar de Ster reed.
Het weer voor die dag:
Windrichting: Oost-Zuidoost
Windkracht: 4 (21 km/u)
Temperatuur: 3°C
Luchtdruk: 1013 HPa
Vochtigheid: 97%
Bewolking: Stratus
Hoogte bewolking: Laag
Trekrichting bewolking: Niet te bepalen, egale grijze deken.
Neerslag: lichte regen
Weerkaart: Twee occlusies kort achter elkaar vanuit noorden over ons heen, warmtefront vanuit het zuiden.
Buienradar: buien trekken van ZW naar NO over NL.
Overige waarnemingen: Geen
Al die fronten zo kort op elkaar, dat beloofde weinig goeds...
Zoals gezegd kwam ik wat later bij de molen. Piet was nog beneden, Henk was boven bezig met nog een leerling. Ik ben helaas z'n naam vergeten maar voor het gemak noem ik 'm Wim.
Het had de week daarvoor erg hard gewaaid (ik baalde er dan ook van dat ik er toen niet bij kon zijn). Ze hebben toen wat geëxperimenteerd om de molen toch te laten zagen. Ze hebben het zeil om de fok heen geslagen en aan de achterkant aan het hekwerk vastgezet om de stroomlijn te verstoren, op die manier zou het gevlucht wat minder hard lopen. Piet wist te vertellen dat dat goed gelukt was. Ook hebben ze de molen ± 30° onder de wind gezet en ook dat ging goed. Door deze maatregelen te nemen is het mogelijk om bij harde wind (kracht 6-7) toch te zagen.
Zoals gezegd was Henk al boven met Wim. Door de schuur liep ik ook naar boven. Het rook weer behoorlijk naar bier want de vrienden van het Biercollectief waren alweer driftig aan het brouwen.
Henk was Wim een aantal zaken over de zaagmolen aan het uitleggen en vroeg me of ik alvast de molen op de wind wilde zetten. Op de kapzolder alvast de lekenpen er uit getrokken. De "lekenpen" is een pen die voorkomt dat "leken" (lees "vandalen") de vang kunnen lichten.
Op de stelling de roeketting en bliksemkabel gelost en de kap op de wind gekruid. Ik besloot even te wachten met opzeilen zodat Wim en ik dat samen konden doen.
Nadat we samen de boel hadden opgezeild onder de deskundige leiding van Henk was het tijd voor een bak koffie. In mijn geval zou dat dan thee zijn.
Beneden in de bar heeft Piet me weer e.e.a. uitgelegd over het deterineren van hout m.b.v. een loep en/of een microscoop. Als je hout haaks op de groeirichting doorzaagt en de zaagvlakken heel fijn schuurt dan kun je met een loep haarvaten zien lopen:
Elke houtsoort heeft een eigen manier van het ordenen van deze vaten en daar is het hout aan te herkennen. Piet heeft daarvoor een boekje waar al die structuren in staan. Daarmee kan hij vergelijken en zodoende bepalen om welke houtsoort het gaat. Hij heeft ook laten zien dat er verschillende houtsoorten in een boomstam zitten die ook van kleur kunnen verschillen:
De doorsnede van een boomstam met daarin de verschillende houtsoorten... (bron: pijlenboog.be)
Daarna was het tijd om eens wat te gaan doen. Het zagen voor opdrachten was klaar dus mochten we weer wat "voor onszelf" gaan zagen.
Er lagen nog behoorlijk dikke stammen in de Leidsche Rijn en Piet zou wel even een mooie uitkiezen.
Normaal gesproken duikt Piet in een waadbroek en plonst de Rijn in om een stam op de sleephelling te krijgen. Vandaag vroeg ik hem of ik dat eens mocht doen. Daar had Piet totaal geen bezwaar tegen omdat het niet zo'n heel fijne klus is. Je moet vaak met je armen vrij diep de bagger in om een boom op de sleephelling te krijgen.
De sleephelling is een houten helling waarover de stammen vanuit het water de schuur in gesleept kunnen worden.
Piet wist nog wel te melden dat de waadbroek lekte maar dat hij hem wel gerepareerd had. Daar was ik natuurlijk erg blij mee.
De stammen die in de Rijn liggen uit te wateren zijn met een kram verankerd aan een ketting zodat ze niet weg kunnen drijven.
Met m'n waadbroek aan hobbelde ik de Rijn in om de kram er met een tang uit te friemelen. Daarna heb ik een grote klem om de stam heen geslagen. Aan die klem zitten twee grote scherpe punten die aangrijpen in het hout. Aan de klem zit verder een oog die we dan kunnen bevestigen aan de kabel van het electrisch sleepwerk.
Het sleepwerk is een soort takel die de boomstammen vanuit het water de zaagschuur in trekt. Deze wordt normaal gesproken door de wind aangedreven, bij de Ster werkt deze electrisch.
V.w.b. de sleephelling zit er bij de Ster een addertje onder het gras: normaal gesproken ligt een stam net op de sleephelling. Je hoeft dan alleen maar het sleepwerk aan de stam te koppelen en je sleept de stam zo de schuur in.
Bij de Ster is de sleephelling net te kort en de stammen liggen daardoor niet op de helling maar op de bodem van de Rijn. Je moet de stam dus iets oplichten (10 a 15 cm) en op de helling leggen voordat je kunt slepen.
Het is gebruikelijk om met het sleepwerk de stam met "grof geweld"de helling op te trekken.
Emmeren... (Foto: Rebke Klokke http://www.arebkeoriginal.com/)
Echter, Piet had een behoorlijk zware stam uitgekozen waarbij dat grove geweld niet zou werken, de sleephelling kon dan beschadigen. De stam moest dus iets gelicht en op de helling gelegd worden. De schatting was echter dat dit "stammetje" wel 1500 kg zou wegen en dat til je niet zomaar op.
Met vereende krachten en een hoop gereedschap zijn we aan het emmeren geweest om dat ding iets omhoog te krijgen.
Nog meer emmeren... (Foto: Rebke Klokke http://www.arebkeoriginal.com/)
Zoals jullie weten fotografeer ik veel en zeker dit zou ik wel op de gevoelige plaat willen zetten. Ware het niet dat ik zelf nogal druk aan het klooien was met die stam. Gelukkig woont er op het molenerf een fotografe die ook de site van de ster beheert. Toevallig was ze met haar camera in de buurt en schoot wat plaatjes. Sta ik er zelf ook eens op... Ook Joost was inmiddels aanwezig om ons te helpen.
Met balken, wiggen, blokken hout en wat al niet meer kregen we de stam net een stukje op de helling. Ook "Opa" heeft goed geholpen. Opa?
Bij de Ster hebben ze een zware koevoet die ze liefkozend "Opa" noemen. Tot op heden heb ik nog geen idee waarom, dat zal wel een goed bewaard geheim zijn.
Met een aantal mensen hielden we de stam omhoog en met een kettingtakel werd de stam op de helling getrokken.
Nadat we een half uur hebben lopen moeken lag de stam dan eindelijk op de helling. En dan laat een trotse MIO natuurlijk een stoere foto van zichzelf maken:
Stoer, hoor...(Foto: Rebke Klokke http://www.arebkeoriginal.com/)
Met het sleepwerk wilden we de stam verder naar binnen slepen. Helaas bleek dat te zwak dus het werd handwerk.
Aan de klem, die nog steeds in de stam verankerd zat, werd een kabel bevestigd. In de schuur werd een speciale takel, een Tirfor, verankerd. Met deze Tirfor zou de stam dan naar binnen gesleept worden.
Tirfor...
Principe van een Tirfor: De haak aan de linkerkant wordt verankerd. Aan de rechterkant zit een klein dopje, hier wordt de kabel ingestoken en doorgevoerd totdat deze er aan de linkerkant, bij de haak, weer uit komt. Dan wordt er een pal omgezet waardoor de kabel vast zit in het apparaat. dan wordt er een lange pijp op een hefboom gezet (power stroke lever). Door nu de pijp heen en weer te bewegen wordt de kabel naar links (en dus ook de last die er aan hangt) getrokken.
Piet begon met trekken en toen de stam half op de helling lag nam ik het over. Tijdens het trekken werden er stalen pijpen onder de stam gewerkt zodat de stam over deze pijpen kon rollen, dat scheelde een hoop kracht.
Joost en Piet hebben net een stalen pijp onder de stam weten te krijgen... (Foto: Rebke Klokke http://www.arebkeoriginal.com/)
Terwijl ik lekker bezig was (het zweet stond op m'n voorhoofd, leuke hobby!) kwam één van de muzikanten van de Baviaen van Schurhoff de schuur binnen lopen. Hij zag me met die Tirfor aan de gang en dat bracht 'm op een idee. Hij rende terug de bar in en haalde de rest van het gezelschap op. Voor ik het in de gaten had zaten 2 accordeonisten en een violist op de zaagslee hun muziek te spelen op de maat van de heen-en-weer kadans die ik maakte om die stam binnen te slepen. Dat zijn pas arbeidsvitaminen!
Dat ging een paar minuten goed en het was beregezellig in de schuur. Totdat de "Boeven" van Schurhoff steeds sneller begonnen te spelen! Ik kon een tijdje met ze mee (stoere vent als ik ben :-) maar ik moest het uiteindelijk toch opgeven. Toch had hun oppepper goed geholpen want de stam lag bijna tot aan de deur.
De stam geheel op de helling... (Foto: Rebke Klokke http://www.arebkeoriginal.com/)
De stam net geschild...
De stam verder de schuur in trekken met de Tirfor...
Voordat de stam de schuur in getrokken werd moest deze nog geschild worden. Wim kreeg de eer om dat een keertje te doen. De stam had al zo lang in het water gelegen dat de bast er bijna vanzelf afviel.
Toen de stam kaal was hebben Piet en Wim het ding de schuur in getrokken.
Dat was even buffelen! Tijd voor een bakkie.
Piet heeft de stam met een rolmaat opgemeten en via wat tabellen raamde hij het gewicht op zo'n slordige 1300 kg. Toch geen kattepis!
Na de koffie hebben we geprobeerd om de stam op de slee te krijgen. Er is een speciaal kraantje aanwezig om boomstammen op de slee te leggen maar Piet wist uit ervaring dat die voor deze stam te licht was.
Dat werd dus handwerk en ook dat was een behoorlijke bevalling.
De stam werd nagenoeg tegen de slee aan gerold.
De stam naar de slee rollen...
Met dommekrachten werd hij steeds een beetje opgelicht waarna er dikke balken onder geschoven werden. Dat werd een paar keer herhaald totdat de stam op gelijke hoogte met de slee lag en er zo opgerold kon worden.
En eindelijk ligt-ie dan waar-ie wezen moet: Op de zaagslee!
Je wilt het niet geloven maar hier zijn we een hele middag mee bezig geweest. Het liep al tegen 4-en. De molen stond stil omdat de wind was gaan liggen. Henk, Wim en ik hebben de molen afgezeild en weggezet.
Beneden heeft Piet me nog wat uitgelegd over het determineren van hout. Hij had een stuk uit de stam gezaagd en dat met een loep bekeken. Het bleek dat het om en stam beukenhout ging.
Nadat dat bekend was hebben we met z'n allen nog wat gedronken. En dat was nodig ook want na al die fysieke arbeid konden we niet meer tuffen!
Zo tegen 5-en stapte ik op m'n eigen molentje en reed ik met een voldaan gevoel weer naar huis.
Wederom een enerverend dagje!
Dag Heesface,
BeantwoordenVerwijderenFlink stukkie leeswerk, maar ik heb het met plezier tot mij genomen. :-)
Groetings,
Jna.