dinsdag 7 december 2010

Inleiding

Wat ik van molens wist? Niet veel. Ze worden door de wind aangedreven en er werd koren mee gemalen en water mee gepompt.
Eind 2008 las m'n vrouw een kort persberichtje in de VAR (plaatselijk krantje): vanuit molen de Hoop in Loenen aan de Vecht werd begin januari 2009 een "Van molen tot molen" wandeling georganiseerd. Er zouden twee molens bezocht worden met gluehwein na afloop. Leek ons wel leuk dus we besloten deel te nemen.
Ik kan me herinneren dat het die dag prachtig weer was maar wel erg koud. Vanaf molen de Hoop begonnen we de wandeling o.l.v. gids Dick die ons onderweg voorzag van allerlei wetenswaardigheden.
Langs de Vecht liepen we richting het noorden en staken we de vecht over bij de brug van Vreeland.
Aan de andere kant van de Vecht liepen we nu weer terug naar Loenen. Er was erg veel autoverkeer want de Loenderveense plassen lagen dicht gevroren en iedereen wilde er schaatsen.
Vanaf de vecht liepen we over en pad naar de Loenderveense molen. Het was een prachtig plaatje: mooi weer, een draaiende molen, schaatsende mensen op natuurijs, een koek-en-zopie-tentje... Hoe Hollands wil je het hebben?
Boven en onder: de Loenderveense molen...

De molenaar zette de molen stil zodat we veilig het erf op konden. Hij liet ons binnen in de molen die gedeeltelijk als woning is ingericht. Hij vertelde ons over schepraderen, waterassen, waterwielen enz.
Na een klein uurtje liepen we weer richting de Vecht en vervolgden we onze weg richting Loenen. Bij de molen werden we ontvangen met warme gluehwein.
Nadat we de nodige warmte tot ons hadden genomen nam Molenaar Ingrid ons mee naar boven om de verschillende zolders te bekijken. Zelf ben ik nogal een techneut dus ik interesseerde me vooral voor het draaiende gedeelte van de molen ofwel het "gaande werk". Machtig mooi gezicht om al dat houten spul te zien draaien!
Van molenaar Ingrid begreep ik dat er een opleiding is om vrijwillig molenaar te worden. Dat leek me wel wat dus ik heb gevraagd wat dat nou precies inhoudt.
Het bleek dat de opleiding bestaat uit het maken van veel praktijkuren (meedraaien op molens) en het leren van een behoorlijke hoeveelheid theorie. Je kunt de opleiding helemaal in je eigen tempo doen want het is voor het grootste gedeelte autodidactisch. Zelf leren, dus. Dat zelf leren, daar ben ik niet zo'n ster in maar die praktijk, dat leek me wel wat. Een paar weken later ben ik nog eens bij Ingrid geweest om e.e.a. nog eens goed door te nemen want ik heb nog behoorlijk wat andere interesses die ik niet op wil geven. Zoals gezegd kun je de opleiding geheel in je eigen tempo doen maar het is wel belangrijk om vooral het eerste half jaar veel praktijkuren te draaien.
Voor de zekerheid heb ik eerst even de kat uit de boom gekeken want ik ken mezelf. Ik kan heel enthousiast ergens aan beginnen en het dan later toch niet zo leuk vinden. Ik heb dus eerst wat weken met Ingrid meegedraaid. Ik mocht alles doen behalve de wieken in klimmen en vangen (de molen remmen), daarvoor moest je verzekerd zijn en dat kan alleen als je lid bent van het GVM, het Gilde Vrijwillige Molenaars.
Het bleek dat ik het toch wel erg leuk begon te vinden dus ik werd lid van het GVM en in mei begon ik dan officieel als Molenaar In Opleiding (MIO) bij de Hoop.
Ingrid heeft me de basis bij gebracht, het opstarten en weer wegzetten van de molen. Controle in de kap, het smeren van de lagers, steen uit z'n werk zetten, bepalen waar de wind vandaan komt, kruien, zeilen voorleggen, vang lichten enz.
De staart van molen de Hoop in Loenen a/d/ Vecht. High Dynamic Range opname met 8 mm objectief...
De Hoop is een korenmolen maar helaas was er destijds geen maalgoed voorhanden. De werkzaamheden bleven beperkt tot het opstarten en wegzetten van de molen en hier en daar wat klein onderhoud. Maar, als molenaar (in opleiding) wordt er ook van je verwacht dat je bezoekers wat verteld over de molen. Ik liep daarom altijd even met een rondleiding van Ingrid mee om zveel mogelijk over de Hoop te leren. En na een paar weken mocht ik zelf eens een rondleiding geven. Al hakkelend en struikelend over m'n eigen woorden (ik ben niet zo'n spreker in het openbaar) probeerde ik de bezoekers wat bij te brengen over de molen. In het begin ging het moeizaam maar ik merkte dat het steeds makkelijker ging en na een paar weken kon je de bezoekers toch al gauw 3 kwartier tot een uur bezig houden.
Ikke op de steenzoldervan de Hoop. 't Lijkt heel wat maar toch eerst het papiertje maar eens halen...
(Foto gemaakt door een lid van de fotoclub van de RET uit Rotterdam...)
Molen de Hoop wordt beheerd door een gezellige groep vrijwilligers waarvan er veel 's ochtends even een bakkie komen doen. Het is daar altijd goed toeven. Zeker als het lekker weer is en het "terras" aan de Vecht open gaat zodat we ons buiten aan de constante stroom pleziervaarders kunnen vergapen. Ik ben daar erg leuke mensen (ook bezoekers) tegen gekomen en heb daar menig goed gesprek gevoerd. Ook als het rustig was zaten/zitten Ingrid en ik lekker op de stelling in het zonnetje te kleppen over molens enz.
In november 2009 zouden er een aantal examenkandidaten naar de Hoop komen. Omdat zij examen moesten doen kregen zij uiteraard voorrang bij alle werkzaamheden die er moesten gebeuren. Voor mij zou er dan weinig te doen zijn. Ingrid adviseerde me om eens bij een andere molen mee te gaan draaien. Voor de opleiding moet je minimaal 30 uur op andere molens gedraaid hebben dus dit was een moment om dat eens te gaan doen. Ik woon zelf in De Meern dus de Valk in Montfoort was een logische keuze, dat ligt hier een kilometer of 8 vandaan. Ik kende de molen enigszins omdat we de molen dat najaar hadden bezocht met de vrijwilligers van de Hoop.
Molenaar Piet legt aan de vrijwilligers van de Hoop uit hoe de pelsteen werkt...
Op een kille zaterdagochtend ben ik toen eens langs de Valk gereden voordat ik naar Loenen ging om te vragen of ik eens een paar weken mee te draaien. Ik werd enthousiast ontvangen door molenaar Paul en hij vertelde me dat ik meer dan welkom was om mee te draaien. En dat heb ik dan ook gedaan.
Ook de Valk is een korenmolen met als bijkomstigheid dat daar ook graan gepeld wordt, dat schijnt uniek te zijn voor deze streek. Meteen de eerste zaterdag dat ik meedraaide was het flink aanpoten. Er stond een fikse bries en er moest spelt gepeld worden.
Molen de Valk in het pittoreske Montfoortse stadsbeeld...
Bij Ingrid heb ik altijd geleerd om voorzichtig te beginnen. Als je eenmaal molenaar bent dan krijg je een stukje industriecultuur van 1 a 1,5 miljoen euro in je handen gedrukt en daar moet je uiteraard voorzichtig mee omgaan. Dus is het motto: voorzichtig beginnen, je kunt er altijd nog zeilen bij leggen.
Hoe anders ging dat bij de Valk. Meteen 4 volle zeilen er op, je kunt altijd weer afzeilen als het nodig is. Het bleek dat er behoorlijk wat vermogen nodig is om te pellen.
De kapzolder van de Valk met het bovenwiel...
Een pelsteen weegt ruim 2 ton en hij werkt het best als hij ± 200 toeren per minuut draait. Wat een geweld! Maar machtig mooi om te zien en te doen. Ik hou wel van dat "ruige"werk. na het pellen moest het pelgoed worden gewaaid (kaf van koren scheiden) en gezeefd en daarna kon het spelt gemalen worden. Na het malen moet het meel dan nog worden gebuild om er bloem van te maken, da's bij elkaar toch wel een dagje werk. Maar na gedane arbeid wordt er nog even nageklept onder het genot van een koude versnapering omdat deze molenaars dan vanwege het harde werken "niet meer kunnen tuffen" zoals ze het zelf erg plastisch uitdrukken. Ook molenaar Piet komt dan even kijken als hij op tijd klaar is op Oukoop waar hij de vaste molenaar is.
Er draaien 3 molenaars en 1 leerling op de Valk, Paul, Aart, Piet en Hein.

"Meester" Paul (midden) met z'n leerlingen Hein (rechts) en ik (zei de gek)...
De molenaars draaien allemaal volgens een rooster dus ik heb ze in die paar weken allemaal leren kennen. Een erg gezellige club die ook op de donderdagavonden driftig in de molen aan het klusen zijn.
De examens bij de Hoop zaten er op en ik kon weer terug om m'n basisopleiding af te maken. De winter van 2009/2010 was een heftige met meer dan 40 sneeuwdagen. Aangezien ik alleen maar een motor als vervoermiddel heb kon ik veel winterse zaterdagen niet naar de Hoop vanwege de gladheid, m'n opleiding heeft toen dan ook nagenoeg stil gelegen. Wel mocht ik een keer met molenaar Piet mee naar Oukoop. Hij woont zelf in Montfoort en komt langs de Meern als hij naar z'n molen moet, ik mocht wel een keertje met 'm mee rijden.
Het was een gure dag, begin januari 2010, er lag behoorlijk wat sneeuw en het had al een lange periode gevroren. Er stond behoorlijk veel wind, windkracht 6, pal uit het noorden. Bij Oukoop aangekomen leerde ik ook MIO Taco kennen. Met z'n drieën wilden we de Oukoper molen opstarten maar het scheprad bleek behoorlijk vastgevroren te zitten. Met platte beitels en staven ijzer hebben we geprobeerd e.e.a. los te hakken echter zonder succes. Door de wachtdeur wat open te wrikken zou er een straal relatief warm water terugstromen, daardoor zou het ijs hopelijk smelten en zou het scheprad misschien vrij komen.
Onder het genot van wat warme dranken en koeken in de ondertoren begon hier en daar wat te kraken, het scheprad was los gekomen. Meteen de zeilen er op en draaien met die hap. Het was voor mij de eerste keer draaien op een poldermolen en het was erg indrukwekkend! Wat een geweld! Piet wist te vertellen dat er bij deze snelheid (90 enden met uitschieters naar 120) makkelijk een tankwagen water per minuut gemalen wordt. En dat met een opvoerhoogte van 2 meter!
Een prachtige dag waar ik een filmpje van gemaakt heb:



Toen de sneeuw was verdwenen ben ik weer gaan lessen op de Hoop. Ik mocht (en kon) steeds meer zelfstandig doen. Het was m'n streven om de molen geheel zelfstandig op te starten en weg te zetten. Als ik dat doel bereikt had dan zou ik beginnen met "zwerven", mee gaan draaien op andere molens om nog meer ervaring op te doen, iets wat elke MIO moet gaan doen.
Eind april was het dan zover, ik mocht gaan zwerven, Ingrid had (heeft) alle vertrouwen in me.
M'n theorie bleef ver achter de praktijk omdat ik in het geheel geen lezer ben, ik "doe" liever. Maar om te slagen moet je toch die boeken doorworstelen en dat is behoorlijk wat theorie, ik zag er erg tegen op. Komt nog bij dat ik weinig zelfdiscipline heb dus ik schoof het iedere keer weer vooruit. Wat ik nodig heb is een flinke stok achter de deur, enige dwang om toch die theorie te gaan leren.
Ik was inmiddels begonnen met het nemen van "molenlessen". Eén a twee keer per maand ging ik op bezoek bij Ingrid en behandelde ze stof uit de boeken. Hartstikke gezellig maar nog steeds geen stok. Ik heb toen met haar afgsproken dat zij mij een hoeveelheid stof opgaf en dat ik die voor de volgende keer zou gaan leren, bij de volgende afspraak zou zij me dan gaan overhoren, een soort mondeling mini-examen. En dat werkt goed want ik heb toch ook enige faalangst. Dus nu verplicht ik mezelf om een paar avonden in de week de boeken in te duiken.
Ik heb altijd flink wat vragen over de stof en daarom vind ik het jammer dat er geen echte lessen gegeven worden. Bij een school heb je altijd een docent waar je wat aan kunt vragen. Bij de molenaarsopleiding heb je weinig om op terug te vallen. Bij de Valk heb ik dat eens aangegeven en Piet bood me toen aan om m'n vragen te beantwoorden. Piet weet behoorlijk veel van molens en hij is inmiddels instructeur geworden.
Had ik al verteld dat je op molens interessante mensen tegen komt? Bij de hoop kwamen in het najaar van 2009 nog wat leerlingen kijken. Ik kende ze niet en had ook niet door dat het MIO's waren dus ik begon m'n hele riedel af te steken. "Joh, dat weten we allemaal al, we zitten tegen ons examen aan!" Ik kan redelijk blozen en dat was weer zo'n momentje.

De molen van Kockengen tijdens een fietstochtje op een mooie zomeravond...


De dame van dit groepje, Judith, liep met een spiegelreflexcamera om haar nek. Aangezien ik ook veel fotografeer begon ik daar met haar een gesprekje over, was erg gezellig. Tijdens een molenaarsbijeenkomst, later dat jaar heeft zij een presentatie van haar werk mlaten zien en ik was erg onder de indruk. Ze woont met haar partner op een molen en ze schiet daar de mooiste platen.
Eind 2009 kwam ik haar weer tegen bij de Valk, ze moest daar, samen met nog andere MIO's, examen doen.
In het voorjaar van 2010 nam ze contact met me op. Of ik niet mee wilde doen met een fotowedstrijd die ze had uitgeschreven. Nu ben ik niet zo sterk in het uitvoeren van foto-opdrachten maar ik zou kijken wat ik kon doen.
Het was inmiddels hemelvaarstdag geworden en ik zou een motorrit gaan rijden in Zeeuws Vlaanderen. Ik heb daar een jaar of 5 gewoond en ben nog steeds lid van een erg gezellige motorclub daar.
Aangezien ik een broertje dood heb aan het rijden op de snelweg zou ik helemaal binnendoor naar Z. Vlaanderen rijden. Ik had een mooie route gemaakt en die geladen in m'n GPS en 's morgens om een uur of 6 vertrok ik richting het zuidwesten. Het was wat aan het schemeren, de zon zou even voor 7-en opkomen. Het was de tijd van de aswolk van die vulkaan in IJsland en dat was te zien ook, ik had de lucht nog nooit zo rood gezien, het was een prachtige nevelige ochtend. Wel erg fris. Voordeel van de aswolk was ook dat het vliegverkeer stil lag, geen condensstreep te zien in de lucht!
De zon was net op toen ik langs een wipmolen reed. Ik keek toevallig opzij en dacht: dat is 'm, de foto voor de wedstrijd! Ik parkeerde m'n motor langs het smalle weggetje, pakte m'n camera en begon wat op en neer te lopen om een zo mooi mogelijke compositie te krijgen. Even instellen en KLIK. Prachtig! Wellicht één van m'n mooiste foto's.

De "Stijve Molen" bij den Dool (Meerkerk)...
Wat later heb ik de foto opgestuurd naar Judith. Ik kreeg een leuke reactie terug en ze had de foto in de wedstrijdgalerij op hun site gezet.
Kort nadat de inschrijving gesloten was kreeg ik bericht, ik had gewonnen! Ik werd uitgenodigd bij molen "het Hoog en Groenland" in Baambrugge om m'n prijs in ontvangst te nemen. Naast deze molen staat een schuur met een soort veranda. Onder het genot van een drankje en een hapje en bij en lekker haardvuur kregen ik en nog een prijswinnaar lovende woorden van de jury voor onze foto's. Een erg gezellige middag.
Maar goed, ik zou gaan zwerven. De eerste "zwerfmolen" werd de Valk in Montfoort. Logisch want ik kende daar de (leerling) molenaars inmiddels. Ik heb daar ruim een half jaar meegedraaid en ook het nodige meegemaakt.
Eén van de eerste keren dat ik daar was mocht ik de molen vangen na het pellen. Altijd geleerd dat je de vang voorzichtig voorzichtig moet bedienen. Ik geef een ruk aan het vangtouw en laat het rustig omhoog komen. Maar hoever ik het touw ook omhoog laat komen, geen reactie te zien bij het gevlucht. Op een gegeven moment kon ik het touw zelfs los laten, de vang lag er helemaal op maar het gevlucht reageerde nauwelijks. Tja, dat effect heeft een pelsteen van 2,5 ton nu op de vang, het werkt als een vliegwiel en dat zet je niet zomaar stil. En ook de wind blijft natuurlijk vol tegen het gevlucht aan leunen. Het duurde misschien wel een minuut voordat alles stil stond. Voor de zekerheid zijn we toch met een emmertje water de kapzolder op gekropen...
Een andere ochtend, we waren weer aan het pellen. Dat pellen geeft een hoop stof maar deze keer zag de wolk er wat blauwig uit en rook naar verschroeid hout. Meten de boel stil gezet en de pelkist open getrokken, er kwam één grote rookwolk uit. Het bleek dat de bolspil scheef stond en dat de zog-ijzers aanliepen op een stalen plaat. Het hout onder de stalen plaat was behoorlijk verschroeid en de stalen plaat was helemaal omgekruld. Gelukkig stopte e.e.a. vanzelf met smeulen maar uiteraard hebben we het goed in de gaten gehouden. Na en paar uurtjes is de bolspil recht gezet en e.e.a. gerepareerd zodat we weer konden pellen.
Weer wat later, er wordt weer gepeld. Tijdens het pellen horen we ineens een hoop herrie, alsof de pelsteen ergens verschrikkelijk aanloopt. We roken ook ineens een behoorlijke olie-lucht. De boel direct stilgezet. De molen stond nog niet stil of er wordt vanuit de winkel "BRAND" geroepen. Het bleek dat de olie van het taatslager in brand stond. Ik vloog naar beneden, rukte de brandblusser van de muur en gaf wat stoten. Het brandje was meteen geblust. Komt zo'n BHV-opleiding toch nog eens van pas!
De taats van de pelsteen was zo ver doorgesleten dat de bolspil er doorheen is gezakt. Deze stond dus in het hout te draaien en dat gaf zoveel wrijvingswarmte dat de olie is gaan branden. Gelukkig waren we er op tijd bij, je moet er niet aan denken wat er had kunnen gebeuren. Maar ook dat hoort bij het molenaarsvak en voor mij als leerling was het weer een leermoment.

Paul heeft een bedrijfje wat adviseert bij het restaureren van monumentale gebouwen. In zijn geval zijn dat vnl. molens. Als eigenaar van het bedrijf is hij ook lid van een molenmakersplatform. Dat molenmakersplatform komt regelmatig bij elkaar in Amersfoort in het gebouw van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed. Er worden dan presentaties gegeven over bepaalde onderwerpen.
Aangezien ik bij een gieterij werk en bovenassen en veel kruirollen gegoten worden vroeg Paul me of ik eens een presentatie over gietijzer wilde houden voor dit molenmakersplatform.
Ik geef regelmatig presentaties voor klanten en ook bij de gieterijvereninging. Daarvoor heb ik een aantal presentaties die ik zo van de plank af kan trekken. Maar een presentatie voor molenbouwers, da's toch wel even andere koek. Ik zou e.e.a goed moeten voorbereiden, zeker om als molenaarsleerling goed over te komen bij al die ervaren molenbouwers.
Ik gaf bij Paul aan dat ik wel een presentatie wilde verzorgen en hij zou e.e.a. bij de molenmakers in de groep gooien.
Kort daarna kreeg ik van Paul een telefoontje met de melding dat de datum voor de presentatie vastgelegd was: Eén (1!) week later! Ik had dus 1 week om (naast m'n gewone werk) een hele presentatie in elkaar te flanzen! Even voor de goede orde, het maken van een beetje leuke presentatie, daar gaat uren werk in zitten.
Met wat kunst en vliegwerk is het uiteindelijk toch gelukt. De presentatie ging uiteraard over gietijzeren onderdelen in molens, over het gieten van ijzer en wat daar allemaal bij komt kijken, over eigenschappen van de soorten gietijzer, oorzaken van breuk en schade, het onderzoeken van gietijzeren onderdelen en het repareren van evt. beschadigde onderdelen.
De presentatie werd door de molenmakers goed ontvangen en er ontstond achteraf een leuke discussie over bepaalde zaken. Toch ook weer leuke contacten opgedaan en wie weet wat er in de toekomst nog uit komt.
Als gieterij gieten we met enige regelmaat kruirollen en meestal blijft het bij deze kleine onderdelen. Boven-assen zijn behoorlijk zware gietstukken (bruto 6,5 ton) maar ze zijn vooral lang (6 meter!). Als gieterij moet je daar wel de middelen voor hebben om zo'n lang stuk te gieten. De enige gieterij die tegenwoordig nog bovenassen giet is Geraedts in Baarlo.
Toch hebben we ooit een boven-as mogen gieten.
Een aantal jaren geleden is in Soest stellingkorenmolen de Windhond opnieuw gebouwd. Uiteraard moet daar ook een gietijzeren bovenas in komen. Uiteraard werd de "Soester" Gieterij gevraagd om de as te gieten.
Kapzolder van de Windhond met "onze" bovenas...
Zoals ik al zei heeft onze gieterij de middelen niet om zo'n lange as te gieten maar van onze concullega Geraedts mochten we wat spullen lenen om het stuk toch te kunnen gieten.
Als ik weer eens wat tijd teveel heb dan zal ik eens een bericht wijden aan het gieten van die bovenas.

De pas gegoten bovenas tijdens het afwerken...
Maar ik wijk af, terug naar het meedraaien op de Valk...
Buiten het meedraaien op zaterdagen help ik ook af en toe mee met het klussen in de molen. Paul wil van de molen een complete meelfabriek maken en daarvoor zijn een aantal oude machines opgekocht, o.a. een buil (om bloem uit het meel te zeven).

Noeste arbeiders van de Valk: Paul, Piet en Hein. Tussen Piet en Hein de buil die bijna klaar is...
De laatste tijd komt daar niet echt veel van omdat ik vaak moet overwerken maar als ik de kans krijg dan ga ik de mannen helpen. Voor zover dat lukt met 2 linker handen.
Het was m'n streven om zelfstandig te leren malen bij de Valk en dat is me min of meer gelukt. Met een klein beetje hulp heb ik al een keer of twee wat tarwe gemalen en Paul was daar niet geheel ontevreden over. Het is moeilijk om een constante kwaliteit te malen, zeker als de wind wat wispelturig is. Voelen aan het meel, luisteren naar de stenen en kijken door de kleine raampjes om te zien wat het gevlucht buiten doet. En er dan voor zorgen dat de stenen de juiste afstand tot elkaar hebben, daar ben je vrijwel continu mee bezig. Ik hoor Paul nog schreeuwen: "Bijhouden.... bijhouden!!!"
De kwaliteit die ik maalde was natuurlijk niet geweldig maar zoals Paul zei is dat een kwestie van kilometers maken, dan komt dat vanzelf.
Ik heb ooit eens een filmpje gemaakt van het malen van boekweit bij de valk (excuses voor het geluid wat af en toe wegvalt...):



M'n doel om eens zelfstandig te malen had ik dus bereikt, het was tijd om eens verder te gaan kijken.
Kort geleden heb ik nog een week of twee mee mogen draaien met Piet op Oukoop (weer een hoop vragen en theorie behandeld) en ook ben ik nog eens een zaterdagje terug geweest naar Loenen om daar mee te draaien. Er viel weinig te draaien want het was nagenoeg windstil. Wel was de molen versiert met vlaggetjes want Sinterklaas zou die middag aankomen in Loenen.
En toen was het tijd voor een volgende molen.
Zoals ik heel in het begin van deze inleiding (nou ja, inleiding... het is een aardig epistel geworden) vertelde vind ik dat gaande werk machtig om te zien. Ik heb op twee korenmolens mogen draaien en op een poldermolen en nu had ik m'n zinnen gezet op een zaagmolen. En laat er nu een zaagmolen in de buurt staan: de Ster in Utrecht, daar heb ik afgelopen zaterdag 4 december een paar uurtjes mogen meedraaien. Maar daarover in het volgende bericht meer!

Marcel
  

4 opmerkingen:

  1. Hi Marcel,

    hartstikke interessant, leerzaam en leuk om te lezen! Dankjewel en ga zo door :)
    Volgens mij ben jij een molenaar in hart en nieren.
    Tot ziens, Iteke (molen Loenen)

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Hoi Marcel,

    Tjee, wat een leuke site, ik heb met belangstelling alles gelezen, foto's mooi en filmpjes leuk, ik kan me voorstellen dat je er nu alle tijd voor hebt! Sterkte en beterschap!
    Annemarie Lensink (molen Loenen)

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Hallo Marcel,

    Ik kreeg de link doorgestuurd van Inge Nederpelt. Ziet er goed uit.
    Zelf ben ik inmiddels molenaar op Molen Maallust in amerongen.(je bent daar ook van harte welkom als je eens mee wilt draaien).
    Gegevens www.molenmaallust.nl

    Daarnaast heb ik gedurende mijn opleiding vanaf mei 2007 ook een weblog bijgehouden.
    Wellicht dat daar ook nog interessante informatie bij staat.
    Het weblogadres:
    http://windmolens-hans.blogspot.com/

    Veel succes met je weblog

    BeantwoordenVerwijderen
  4. Dag Marcel,

    Een heel verhaal en heel herkenbaar, zeker voor een ex-MIO (ik ben gestopt) en ex-Utrechter.
    Succes.
    Jan.

    BeantwoordenVerwijderen